Gepatenteerde procedure en installatie voor het reinigen van een landingsbaan
De uit te voeren taak
Op alle luchthavens is er tijdens de normale vluchten bij het landen van de vliegtuigen onafhankelijk van het type vliegtuig sprake van grote rubberslijtage bij het neerzetten van de wielen – met name die van het zwaartepunt van het landingsgestel. Des te zwaarder het vliegtuig dat landt is en hoe meer vliegtuigen er op de luchthaven landen, des te sneller wordt er op de landingsbaan een rubberlaag gevormd die regelmatig moet worden verwijderd.
Dat gebeurt met het oog op de vliegveiligheid, omdat met rubberdeeltjes bezaaide start-/landingsbanen het remmen duidelijk vertragen, met name bij natte weersomstandigheden (Standing Water), sneeuw (Snow) of smeltwater (Slush). Als de rubberlaag doorloopt wordt bovendien het afvloeien van het water door de groeven in de landingsbaan (Grooving) bemoeilijkt, en de wielen van het onderstel van het vliegtuig hebben geen of nauwelijks contact met het asfalt resp. het beton van de landingsbaan. Dan kan het snel komen tot het zogenaamde „Hydroplaning“ waarbij water tussen de wielen en de landingsbaan het besturen van het vliegtuig onmogelijk maakt. Vooral het „viscose Hydroplaning“ treedt bij een sterk verontreinigde landingsbaan al op bij een heel dunne waterfilm en bij de meest verschillende snelheden. Bij enkele ongelukken bij de landing en „Runway Overshoots“ speelde dat een rol als een factor die mede schuldig was aan het ongeluk.
Met name is verontreiniging door rubber het sterkst in de zogenaamde „Touch Down Zones“, dus op dat punt van de start/landingsbaan waar de vliegtuigen afzetten resp. neerkomen. Wat de ruimtelijke afmeting betreft gaat het daarbij om ca. de telkens eerste 900 m, over het algemeen in beide richtingen als er van twee kanten wordt aangevlogen. Met als gevolg dat de rubberlaag consequent op dat punt van de landingsbaan regelmatig moet worden verwijderd, op grotere luchthavens gebeurt dat soms een keer per 14 dagen.
Actuele stand van de techniek
De start en landingsbanen worden conform de actuele stand van de techniek gereinigd met de hogedruk-straalprocedure met water. Roterende hogedruksproeiers verwijderen daarbij de rubberdeeltjes. Het overblijvende water wordt samen met de losgeweekte rubberdeeltjes met behulp van een zuigwagen opgenomen en moet met veel moeite worden verwijderd. De waterstraal treft niet alleen verontreiniging zelf maar ook het oppervlak van de baan, zodat beschadigingen aan het oppervlak van de landingsbanen niet uitgesloten kunnen worden.
Die – gedeeltelijk verouderde – aanpak is:
- kostenintensief
- afhankelijk van de weersomstandigheden
- verbonden met slijtage van het baanoppervlak
- verbonden met lange schoonmaakintervallen
- verbonden met verwijderingskosten voor rubberafval
Het reinigen met de laserstraalprocedure
Het reinigen met een lasersysteem biedt een aantal voordelen. Deze manier van werken en het toepassen van de laserstraalprocedure ziet er in detail als volgt uit. Een gerichte laserstraal treft het baanoppervlak in de Touch Down Zone. De frequentie van de laser zorgt ervoor dat uitsluitend het te verwijderen rubber op de baan reageert op de stralen en dat verdampt resp. verbrandt hoog energetisch bij de confrontatie met (het inkoppelen van) de laserstraal. De ontstane dampen worden direct opgenomen door een afzuigeenheid en geneutraliseerd door een katalysator. Een ultrasoon-systeem meet het verschil voor en na de reiniging en registreert in een protocol het succes en het resultaat ervan. Het archiveren van deze data bewijst dat de landingsbaan is schoongemaakt en daarmee ook de goede kwaliteit daarvan – die data zijn dus bestanddeel van de kwaliteitsborging.
De bedrijfskosten van een lasersysteem zijn duidelijk geringer als bij de traditionele manier van werken. Het handling is in vergelijking heel comfortabel. Deze twee factoren maken de regelmatige inzetten van het lasersysteem mogelijk, met een hogere inzetfrequentie tegenover de hogedruk-procedure met water. Een wekelijks of zelfs dagelijks gebruik is mogelijk en eventueel zelfs aan te raden om het oppervlak van de baan gelijkmatig op hoog niveau schoon te houden. Dat levert een bijdrage aan de veiligheid van het landingsproces en daarmee van het vliegen, omdat de best mogelijke tractie te allen tijde is gegarandeerd. De reinigingslaser is bij alle weersomstandigheden comfortabel in te zetten omdat hij een op de baan liggend medium als water, ijs of sneeuw doordringt. Er kan er ook bij temperaturen onder nul worden ingezet. De basis voor het lasersysteem is een speciaal voertuig dat voorzien is van de volgende technische componenten:
- Lasersysteem om het van de banden afgesleten rubber te verwijderen
- Ultrasone systemen voor het meten van de dikte van de oppervlaktelaag voor en na het verwijderen
- Afzuigsysteem voor het afvoeren van residuen en het filteren van de ontstane gassen
- Computersysteem om de gemeten gegevens op te slaan.